Hawkingstraling en imaginaire tijd

De Britse astrofysicus Stephen Hawking (8 januari 1942 - 14 maart 2018) was onze eigentijdse Ptolemeus, Copernicus, Galileo, Newton of Einstein. Anders gezegd: hij was niet zomaar een eminente natuurwetenschapper, hij was een waar wetenschapsicoon. Zijn denkbeelden en theorieën leidden tot fundamentele veranderingen in het denken over het heelal; daarnaast was hij sinds de publicatie van A Brief History of Time een publieke figuur, die ook nog eens opviel vanwege zijn ALS, als gevolg waarvan hij – terwijl er briljante gedachten aan zijn geest ontsproten – door mensen en apparaten in leven moest worden gehouden.

Heeft Hawking ook sporen nagelaten in onze taal?

Jazeker, hij heeft weliswaar niet de term imaginaire tijd bedacht, maar hij heeft dat begrip wel inhoud gegeven. Of althans: een nieuwe inhoud. Was imaginaire tijd voorheen een synoniem van denkbeeldige tijd, een begrip waaraan iedereen zelf inhoud kan geven, sinds Hawking van imaginaire tijd een wiskundig concept maakte, is die tijd in elk geval berekenbaar geworden: de imaginaire tijd van Stephen Hawking is namelijk imaginair in de zin dat het kwadraat ervan een negatief getal kan zijn.

Dat is al ingewikkeld genoeg, maar de consequentie hiervan is dat (als je Hawkings redenering volgt) de tijd en ook het heelal geen begin hebben. Met zijn mathematisering van de imaginaire tijd pleegde Hawking dan ook een ware aanslag op het kosmologisch godsbewijs, de onder meer door Plato en velen na hem gehuldigde gedachte dat aangezien alles wat beweegt (zoals het heelal) een oorsprong moet hebben, je God (bij Plato de ‘ziel’ of ‘wereldziel’) kunt beschouwen als de eerste beweger – ook wel de onbewogen beweger – van het heelal. Je zou haast kunnen zeggen dat Hawking met zijn imaginaire tijd God zelf wegredeneerde. Dat is niet niks – we stellen ons maar niet voor hoe Petrus zal reageren als Hawking zich dadelijk aan de hemelpoort meldt – en hoewel imaginaire tijd nog niet in de Dikke Van Dale staat (evenmin als imaginary time in de Oxford English Dictionary), hoort deze uitdrukking daar eigenlijk wel in.

Wel in de Dikke Van Dale staat het woord hawkingstraling. Hawkingstraling is een vertaling van Hawking radiation, de naam voor de elektromagnetische straling die zwarte gaten uitzenden. Het idee bestond al, maar Hawking leverde er in 1975 de theoretische onderbouwing voor. Vandaar dat deze straling naar hem genoemd is. Omdat hawkingstraling genoemd is naar een persoon, heet dit woord een eponiem.

Ton den Boon, hoofdredacteur Dikke Van Dale

 Dit artikel is ook te vinden op de website van Taalbank.nl

Foto: hawking.org.uk

Vorig artikel
Volgend artikel

Gerelateerde artikelen