Maak de Dikke mee Vlaamser!
Op 1 december verschijnt Het Taaljaar 2016! Lees hier voorpublicatie nr. 4 door Ruud Hendrickx.
‘Ga nog niet weg’, zei Louis. ‘Nog niet.’ ‘Nee’, zei Papa en wachtte. ‘O ja,’ zei hij toen, ‘met Mama gaat het goed. Het is te zeggen: goed en niet goed. Gij hebt misschien gepeinsd dat zij zou komen, maar dat ging nogal moeilijk. Wat dat ik u wilde zeggen, ge hebt schrikkelijk veel complimenten van Mama.’
Uit: Het verdriet van België (1983) – Hugo Claus
De Grote Van Dale Vlaamser maken, dat is een van mijn taken als Vlaams hoofdredacteur van het woordenboek. Met de vijftiende editie, die vorig jaar verschenen is, zijn we daar al aardig in geslaagd. Er staan meer Belgisch-Nederlandse woorden en uitdrukkingen in het woordenboek dan ooit. De nationale feestdag wordt voortaan ook op 21 juli gevierd en niet alleen op 5 mei, en Sint-Maarten heeft zijn plek gekregen naast Sinterklaas. Er worden ook meer Vlaamse schrijvers geciteerd. Maar laat dat nu juist een uitdaging zijn voor de volgende edities. Een woordenboek als de Grote Van Dale moet een hulp zijn bij het lezen van de grote literatuur in het Nederlandse taalgebied. Daartoe behoort zonder enige twijfel een schrijver als Hugo Claus. Hij wordt geroemd om zijn virtuoze taalbeheersing, maar in zijn dialogen gebruikte hij wel een variëteit van het Nederlands die later tussentaal genoemd zou worden. (Vreemd genoeg wordt hij daar door geen enkele Vlaming om verketterd, ook niet door de grootste tegenstanders van Verkavelingsvlaams.)
Het fragment uit Het verdriet van België herkent iedere Vlaming en Nederlander als oer-Vlaams. Peinzen in de neutrale betekenis van ‘denken’, een uitdrukking als het is te zeggen, schrikkelijk in de zin van ‘veel’, de complimenten van iemand hebben. Kan het eigenlijk nog Vlaamser dan dat? Nauwelijks, maar alles is wel in de Dikke te vinden.
‘Enfin, al een geluk dat ge het niet luidop voorleest. Want jóngens, jongens ... Waar gij toch uw lelijke a vandaan blijft halen? In besloten kring kan ik dat begrijpen, Sint-Niklazenaren ondereen. Of in de winkel, als men met zijn klanten babbelt. Brave menskens, van wie de meesten nog nooit een serieus boek hebben gelezen, en met moeite een gazet. Daar móet ge patois tegen babbelen, of ze denken dat ge het hoog in uw bol krijgt, en ze gaan hun charcuterie op een ander kopen.’
Uit: Sprakeloos (2009) – Tom Lanoye
Een van de problemen voor de woordenboekmaker is dit: hoe kom je achter typisch Vlaamse woorden en uitdrukkingen? Als het over ontbrekende woorden gaat, is het betrekkelijk eenvoudig. Je legt de woorden uit een Vlaamse roman naast de Dikke en met één druk op de knop laat de computer zien welke niet in het woordenboek staan. Zo kom je heel snel uit bij charcuterie, bijvoorbeeld. Maar uitdrukkingen als op een ander (ergens anders) of de betekenis van serieus in ‘een serieus boek’ (een degelijk, goed of echt boek) haalt een computer er niet uit. Daarvoor kunnen we de hulp van informanten goed gebruiken. Botst u bij het lezen op een uitdrukking die we nog niet hebben, laat het ons weten. U bewijst er de mensheid een dienst mee.
Ruud Hendrickx, co-auteur van het boek Het Taaljaar 2016.
Verkrijgbaarheid
Het Taaljaar 2016 is vanaf 1 december 2016 verkrijgbaar via de reguliere (online)boekhandel en in de Van Dale-webwinkel. 120 pagina’s | € 15 | ISBN: 9789460773242. Bekijk hier het inkijkexemplaar.